Je leidinggevenden zijn een bijzonder belangrijke schakel tussen de ontwikkeling van een diversiteitsbeleid en de concrete uitwerking ervan. Ze hebben daar voldoende kennis voor nodig.
Welke kennis moeten leidinggevenden zeker hebben?
|
De missie, de visie, de waarden, het diversiteitsplan en de acties: ze moeten dit goed kennen én kunnen vertalen naar andere werknemers.
|
|
De wetgeving: de antidiscriminatiewetgeving en het recht op redelijke aanpassingen moeten vertrouwd in de oren klinken, en ook de belangrijkste principes uit de welzijnswet moeten gekend zijn.
|
|
De interne reglementering, zoals meldingsprocedures bij discriminatie of pesten, de rol van de preventieadviseur, de vertrouwenspersoon, de vakbond enz. om medewerkers correct te kunnen doorverwijzen naar de juiste interne steun.
|
|
De procedure om redelijke aanpassingen aan te vragen moet ook gekend zijn om te weten waar medewerkers terecht kunnen met vragen over ergonomie, flexibele werkuren, thuiswerk, de mogelijkheden tot aanpassingen van het werkrooster in functie van religieuze feesten, welke vormingsmogelijkheden er zijn voor medewerkers, enz.
|
Elk diversiteitsbeleid heeft een sterke HR-component en voor de meeste medewerkers is de directe leidinggevende het gezicht van het HR-beleid. Als leidinggevenden hun medewerkers in bovenvermelde aspecten effectief kunnen gidsen en ondersteunen, is dat voor veel medewerkers een belangrijk signaal. » Meer informatie over de uitbouw van een inclusief HR-beleid via "Divers talent aanwerven en behouden".
Hoe versterk je deze kennis?
Herhaal, herhaal, herhaal!
Zowel het bredere kader van de visie/missie (“Waarom doen we dit?”) als het diversiteitsbeleid zelf en concrete richtlijnen (“hoe doen we het”). Herhaal via de verschillende interne communicatiekanalen die jullie ter beschikking staan, maar ook op verschillende tijdstippen en over uiteenlopende onderwerpen.
|
Ontdek ook de andere drie basisvoorwaarden voor groei naar inclusief leiderschap:
|
|
Je bent hier:
|